Oriëntatie op de tekst is een belangrijk fase voordat de kinderen de tekst gaan lezen. Door middel van beurtgooi wordt bij alle kinderen de voorkennis geactiveerd:
Deze werkvorm hoort bij de oriëntatiefase en de fase na het lezen. De kinderen maken in tweetallen een mindmap of woordveld bij het onderwerp van de tekst: wat weten ze er al van? Na het lezen vullen ze de informatie met een andere kleur aan: wat weten we nu nog meer over het onderwerp na het lezen van de tekst? Hierdoor is leren duidelijk zichtbaar.
Na de oriëntatie gaan de kinderen de tekst eerst globaal lezen. In teams van 3 leerlingen krijgen de kinderen de tekst. Deze is echter in 4 stukken geknipt en de titel is niet zichtbaar (tijdens de fase van de oriëntatie sla je dit keer dus ook de titel over). De kinderen moeten samen de goede volgorde van de tekst bepalen. Door over de tekst in gesprek te zijn ontstaat al het eerste begrip. Hierna lezen de kinderen de tekst grondig, zodat beter tekstbegrip ontstaat.
De kinderen krijgen in 3-tallen een venndiagram. Dit gebruiken ze om eigenschappen met elkaar te vergeleken en te bepalen welke overlap er is. In de linker cirkel schrijven of tekenen de kinderen wat de eigenschappen zijn van bijvoorbeeld hoofdpersoon 1 en in de rechter cirkel van hoofdpersoon 2. In het deel van de cirkel dat overlapt komen de eigenschappen die voor beide hoofdpersonen gelden. Ook hier is de interactie dat tussen de kinderen ontstaat het meest belangrijk. Het zou ook gebruikt kunnen worden om onderwijs op school en thuis te vergelijken: in de linker cirkel komen de kenmerken die alleen voor school gelden, in de rechter wat alleen voor thuisonderwijs geldt en in het midden wat voor beiden van toepassing is.
De kinderen vormen tweetallen en stellen vragen aan elkaar na het lezen. Om de beurt gooien ze de dobbelsteen en bedenken ze een vraag met dat woord over de tekst (het antwoord moet in de tekst staan):
Kinderen maken in drietallen na het lezen een tijdlijn waar alle gebeurtenissen in de tekst op komen te staan in chronologische volgorde. Op deze manier ontstaat er een grafische samenvatting.