Wow, een uitnodiging op Instagram van een stoere jongen! Je kent hem niet, maar hij ziet er cool uit met z’n zonnebril en skateboard. Wat doe je? Accepteer je zijn verzoek? Veel kinderen wéten wel dat ze voorzichtig moeten zijn met zo’n uitnodiging, maar handelen toch anders. Hoe komt dat? En hoe leer je ze dat ze niet alleen mediawijs moeten dénken, maar ook moeten dóén?
Kinderen reageren vaak impulsief. Logisch, legt onderzoeker Esther Rozendaal uit: kinderhersenen zijn zo hard bezig met ontwikkelen dat er weinig ruimte overblijft om te reflecteren op het eigen gedrag. Dat doen kinderen daarom alleen als het écht wat oplevert.1 Geef ze daarom inspraak in de les. Waarom vinden ze mediawijsheid belangrijk? Tegen welke problemen lopen ze aan? En wat kunnen ze zelf doen om dat te veranderen? Door kinderen de regie te geven, vergroot je hun intrinsieke motivatie – en daarmee de kans dat ze daadwerkelijk aan de slag gaan met hun onlinegedrag.
De online wereld van volwassenen ziet er anders uit dan die van kinderen. Kinderen gebruiken andere sociale media (hallo Snapchat en TikTok) en lopen tegen andere moeilijkheden aan. Verplaats je daarom in hun wereld en praat veel met je klas. Sta open voor de ervaringen en ideeën van je leerlingen en leg ze niet jouw mening op. Zo voelen ze zich gehoord en zijn ze meer betrokken bij de les.
Gebruik voorbeelden die kinderen daadwerkelijk kunnen tegenkomen op sociale media. Gaat de les over online veiligheid? Vertel dan niet alleen dat je een uitnodiging op sociale media nooit zomaar moet accepteren, maar laat ook een echte uitnodiging zien, bijvoorbeeld voor TikTok. Doe voor hoe jij die uitnodiging zou controleren, of laat een kind uit de klas dit doen. Bespreek die aanpak klassikaal en laat je leerlingen de nieuwe vaardigheid dan inoefenen. Vergeet niet om de opdrachten goed na te bespreken en ook in een volgende les terug te komen op wat de kinderen hebben geleerd.
Vanaf de Week van de Mediawijsheid (10-17 november) kun je in groep 6 t/m 8 aan de slag met de gloednieuwe module Blits Mediawijsheid. Met die module leren kinderen hoe ze in het dagelijks leven kunnen omgaan met sociale media. In de lessen worden realistische voorbeelden gebruikt van berichten op veelgebruikte sociale media als Instagram, Snapchat en TikTok. Zoals een pesterig bericht op WhatsApp: wat zouden je leerlingen doen als ze in die appgroep zaten? Zouden ze de pester aanspreken, of juist niet? En wat vindt de rest van de klas daarvan?
Blits Mediawijsheid reikt kinderen ook handvatten aan om adequaat te kunnen handelen op sociale media. Zo gaan ze in de les aan de slag met checklists en woordwebben die ze ook in hun dagelijks leven kunnen gebruiken. Aan de hand van zo’n checklist schrijven ze bijvoorbeeld in groepjes reacties op online berichten. Doordat de kinderen nadenken en spreken over hun eigen ervaringen, ideeën en oplossingen, raken ze betrokken en gemotiveerd. Op naar een mediawijze klas!