Met dit mooie weer is het voor kinderen heerlijk om buiten te spelen met water! Met deze waterspelletjes zorg je niet alleen voor verkoeling maar ook voor veel waterpret.
De ‘waterdans’ is een variant op de ‘stoelendans’. Zet een aantal plastic badjes en teiltjes met water in een kring. Zet een vrolijk muziekje op en dans met z’n allen rondjes om de teiltjeskring. Stopt de muziek? Dan moeten de kinderen zo snel mogelijk in een teiltje stappen. Is er geen teiltje meer over? Dan ben je af. Doe dit het liefst op een zachte ondergrond i.v.m. de mogelijkheid tot uitglijden en vallen.
Bellen zijn magisch! Met XXXXL Bellen maak je de mooiste en grootste bellen. Ideaal te gebruiken voor de warme zomerdagen.
Het hele speelplein is een groot canvas! Doe een laagje water in een bakje en druk een stuk stoepkrijt erin kapot. Flink roeren en je kunt schilderen met stoepkrijt!
Spelen met bootjes is leuk! Dit kan in een teiltje water, maar nog leuker is de haven met garage. In de haven met garage kunnen kinderen het spelen met auto’s en bootjes combineren.
Of maak een rivier die leidt naar een watertafel, zoals de tuff tray, waarin de bootjes kunnen varen.
Bij water hoort ook drijven en zinken. Bekijk de drijven en zinken activiteiten >
Flessenvoetbal is leuk voor tweetallen maar ook voor een grote groep kinderen. Elk kind gaat voor een met water gevulde plastic fles staan. Met een voetbal proberen ze elkaars fles om te krijgen. Is de fles omgevallen? Dan moet je eerst de bal halen voordat je de fles weer overeind mag zetten. Is je fles leeg? Dan ben je af.
Wat heb je nodig:
Maak een parcours met hindernissen. Plaats bijvoorbeeld pionnen waar de kinderen moeten zigzaggen of een balk waar ze over heen moeten lopen. Aan het begin van het parcours staat een emmer gevuld met water. De kinderen moeten zo snel mogelijk, met behulp van de sponsen, het water aan de andere kant in de lege emmer krijgen. Het team dat binnen de afgesproken tijd het meeste water heeft overgebracht, heeft gewonnen.
Wat heb je nodig:
Verdeel de groep in twee kleuren met partijlinten. Iedere groep krijgt twee emmers, 12 bekers en een dienblad. Maak een speelveld waar aan de ene kant een emmer met water staat en aan de andere kant een lege emmer. Bij het startsein vullen de obers de bekers met water en zetten deze op het dienblad. Ze rennen zo snel en voorzichtig mogelijk naar de andere kant waar ze het water in de tweede emmer gooien. Ondertussen mogen spelers uit het andere team proberen de bekers op het dienblad om te gooien. Wie het meeste water aan de overkant krijgt, wint.
Maak het extra spannend met een hindernissen parcours.
Wat heb je nodig:
Veel waterpret!