Direct contact?
Jeroen Rougoor
Neem contact op Jeroen Rougoor Export Manager Caribbean
Neem contact op
Gepubliceerd op 28 maart 2023
Leestijd 10 min.

Een grote woordenschat is belangrijk voor het begrijpen van de lesstof en om te kunnen functioneren in de maatschappij, dat weten we allemaal. Naast aandacht voor het uitbreiden van de woordenschat van je leerlingen, help je ze door de ‘woordleerattitude’ te stimuleren. In hun latere leven moeten kinderen nog duizenden nieuwe woorden zelfstandig leren. Het is daarom handig als ze zelfstandig de betekenis van onbekende woorden kunnen achterhalen. In dit artikel zoomen we in op drie bewezen woordleerstrategieën uit de taal- en spellingmethode Pit.

1. Woordleerstrategieën om de betekenis van woorden af te leiden

Je kunt de (globale) betekenis van een woord vaak opmaken uit de context en/of uit het woord zelf, omdat een deel van het woord bekend is. In groep 4 en 5 stimuleer en stuur je dit door leerlingen vragen te stellen, vanaf groep 6 benoem je de woordleerstrategieën expliciet en leer je leerlingen deze aan. Aan het eind van groep 8 kennen leerlingen alle stappen.

Stappenplan woordleerstrategieën

  • Stap 1: Kijk naar het woord zelf.
    • Is het een samenstelling?
    • Ken je één of meer stukjes van het woord?
  • Stap 2: Kijk voor en achter het woord.
    • Wordt de betekenis gegeven?
    • Wordt er een woord gebruikt dat het tegengestelde is?
    • Wordt er een woord gebruikt dat hetzelfde betekent?
    • Zijn er andere woorden die iets over de betekenis vertellen?
    • Is er een plaatje dat iets over de betekenis vertelt?
  • Stap 3: Bedenk of kies de juiste betekenis.
  • Stap 4: Controleer of de betekenis in de tekst past.
  • Stap 5: Twijfel je? Controleer de betekenis (digitaal) in een woordenboek of vraag de betekenis aan iemand anders.

2. Woordleerstrategieën om woorden te onthouden

Leerlingen moeten de woorden die ze leren uiteraard ook onthouden. Daarom is het belangrijk om ze regelmatig in een andere context terug te laten komen, binnen en buiten de methode. Hierdoor beklijven de woordbetekenissen beter en vindt verdieping van het begrip plaats. Daarnaast zijn er strategieën die kinderen kunnen gebruiken om woorden te onthouden, de zogenoemde woord-onthoudstrategieën.

Een overzicht:

StrategieVoorbeeld
Woorden koppelen aan eigen ervaringenHeb jij wel eens meegemaakt dat …?
Woorden koppelend aan eigen woordkennisWat had er kunnen staan in plaats van …?
Een tekening maken bij het woord of de woordenSchrijf het woord in je woordenschrift. Maak er een tekening bij.
Een woord maken bij woordenWaar denk je aan bij …? Maak een woordspin.
Een persoonlijke woordenlijst makenSchrijf … op met de definitie. Schrijf er een voorbeeldzin bij.

3. Opzoekstrategieën

Als leerlingen woordleerstrategieën toepassen en zo de betekenis van een woord zelfstandig achterhalen, is het belangrijk dat ze controleren of de betekenis klopt; in een woordenboek of op internet. Om dit goed te kunnen doen, leer je ze opzoekstrategieën aan:

  • Het alfabet kennen, alfabetiseren om woorden snel op te zoeken. Dit is alleen van belang als leerlingen een woord in een papieren woordenboek opzoeken. In een digitaal woordenboek kun je immers het woord intikken en gaat het opzoeken vanzelf.
  • Het grondwoord (de ‘woordenboekvorm’) kunnen bepalen. Sommige doelwoorden zijn verbuigingen of vervoegingen. Om die woorden op te kunnen zoeken in een woordenboek, moeten leerlingen kunnen bepalen wat het grondwoord is.
  • De juiste betekenis kiezen. Een woord heeft vaak meerdere betekenissen. Door het doelwoord in de tekst te vervangen door de betekenis die ze hebben opgezocht, kunnen ze controleren of dit klopt.

Tot slot: betere transfer door impliciet onderwijs

Voor een goede woordenschatontwikkeling is het belangrijk dat leerlingen ook in het dagelijks leven zelfstandig nieuwe woorden kunnen leren. Vooral bij abstracte woorden gaat dat niet vanzelf. Deze transfer bereik je door impliciet woordenschatonderwijs te geven, óók in andere lessen, bijvoorbeeld als leerlingen een zaakvaktekst aan het bestuderen zijn. Het gaat dan om de volgende aspecten:

  • Je brengt leerlingen de juiste woordleerattitude bij.
  • Je leert leerlingen hoe ze de betekenis van onbekende woorden kunnen achterhalen met behulp van woordleerstrategieën.
  • Je leert leerlingen hoe ze woorden kunnen onthouden met behulp van woord-onthoudstrategieën en deze te gebruiken, ook in andere vakken.
  • Je maakt leerlingen bewust van de voordelen van een grote woordenschat.

Deze blog is geschreven door de auteurs van Pit, de nieuwe taal- en spellingmethode voor groep 4 t/m 8 van ThiemeMeulenhoff.

Wil je meer weten over Pit?

Lees hier meer over Pit

Ook interessant voor jou